natuurlijke immuniteit

Als je antistoffen in je bloed hebt zitten, beschik je over een goed afweer tegen ziekteverwekkers. Ook onthouden de witte bloedcellen hoe deze antistof moet worden gemaakt. Zodat later als je weer met dezelfde ziekteverwekker te maken krijgt, de antistof eigenlijk meteen kan worden gemaakt. Het bloed kan dus in hele korte tijd veel antistoffen hebben. Zodat je niet weer ziek wordt. Met een ander woord noem je dat ook wel immuun.

Een goed voorbeeld is: Kinderen krijgen vaak in hun peutertijd de waterpokken. Dan worden ze ziek en maken dus antistof aan. Hierdoor krijgen zij dus allemaal een blijvende immuniteit tegen waterpokken, zodat ze het niet weer krijgen!

Natuurlijke immuniteit noem je zo ook wel, omdat je de ziekte helemaal hebt doorlopen en overwonnen.

Maak jouw eigen website met JouwWeb